Alcohol

Weinig alcohol kan voor bepaalde hartziekten goed zijn, veel alcohol is altijd slecht. Als je regelmatig kleine hoeveelheden alcohol gebruikt, daalt het risico op een hartziekte, maar als je teveel alcohol drinkt, wordt dat risico juist groter. Alcohol heeft twee gezichten. Het advies van de gezondheidsraad is om geen alcohol te drinken of in ieder geval niet meer dan één glas per dag, omdat het risico op bijvoorbeeld borstkanker zelfs bij matig alcoholgebruik verhoogd is.

Alcohol, Januskop Alcohol is een januskop met twee gezichten. Weinig alcohol is goed, veel alcohol is slecht.

Waarom is veel alcohol slecht?

Veel alcohol is slecht om tal van redenen, waarvan we er hier vier noemen.

1. Alcohol is een giftige stof, die de spiercellen in het hart kan aantasten. Overmatig alcoholgebruik kan leiden tot een ernstig verzwakte hartspier, een cardiomyopathie. De hartspier is dan uitgelubberd en slap en minder in staat tot krachtig pompen. Bij de alcoholische vorm van deze ziekte is herstel soms mogelijk als je in staat bent om te stoppen met drinken.

2. Overmatig alcoholgebruik leidt vaak tot slechte voedingsgewoontes. De behoefte aan vast voedsel neemt af en niet zelden ontstaat een tekort aan belangrijke stoffen, zoals vitamine B1 en deeltjes die belangrijk zijn voor het prikkelgeleidingssysteem, de elektrolyten. Een tekort aan deze stoffen kan leiden tot hartritmestoornissen.

3. Alcohol verhoogt het risico op hoge bloeddruk. Waarschijnlijk is alcohol de boosdoener bij een op de tien mannen met hoge bloeddruk. Hoe meer je drinkt, hoe groter het risico.

4. Alcohol heeft een ongunstig effect op vetstoffen en LDL-cholesterol in het bloed. Het gehalte aan bepaalde vetten (triglyceriden) en LDL-cholesterol kan stijgen. Mensen met een gestoorde vetstofwisseling kunnen daarom beter matig zijn met alcohol.

Waarom is weinig alcohol goed?

Weinig alcohol wil zeggen één glas per dag en niet alle dagen van de week drinken. Bij die hoeveelheid maakt alcohol het risico op een hartziekte juist kleiner. Matig alcoholgebruik bevordert de aanmaak van goed cholesterol (HDL). Daarbij komt dat de bloedplaatjes minder snel klonteren, waardoor er minder kans is op stolsels. Onduidelijk is of het soort alcohol (wijn, bier of iets anders) iets uitmaakt.

Alcohol, Franse paradox De Franse paradox klinkt liefhebbers van rode wijn als muziek in de oren, maar liefhebbers van de hamburger niet.

De Franse paradox

De Franse paradox klinkt liefhebbers van rode wijn als muziek in de oren. De paradox houdt in dat slagaderziekte in Frankrijk minder voorkomt, hoewel de Fransen niet bepaald vetarm eten. In 1991 wijdde het Amerikaanse televisieprogramma 60 Minutes een uitzending aan de Franse paradox. Een verklaring was zo gevonden: die Fransen drinken liters rode wijn! Onmiddellijk na de uitzending nam de verkoop van rode wijn in Amerika spectaculair toe. Maar is de Franse paradox wel te verklaren door de rode wijn? Ook het mediterrane dieet kan een rol spelen. Of is de Franse paradox niet meer dan een hardnekkige mythe die graag wordt doorverteld door liefhebbers van rode wijn? Hoe het ook zij, vast staat dat weinig alcohol, of het nu rode wijn is of niet, de kans op een hartziekte verkleint.

Alcohol Alcohol en het risico op plotse hartdood
A. Bij veel alcohol stijgt het risico op een plotse hartdood.
B. Geen alcohol doet het risico dalen.
C. Bij matig alcoholgebruik daalt het risico het sterkst.

Vier dagen één glas en drie dagen niets

De twee gezichten van alcohol zie je bijvoorbeeld in een epidemiologisch onderzoek onder mannelijke artsen in Amerika. Daaruit blijkt dat alcohol het risico op een plotse hartdood zowel gunstig als ongunstig beïnvloedt.

Weinig alcohol heeft een gunstig effect. Bij zeer weinig alcoholgebruik daalt het risico tot ongeveer tweederde van het gemiddelde. Bij vijf of zes glazen per week is het risico gehalveerd. Maar drink je meer dan twee glazen per dag, dan verdwijnt het gunstige effect en wordt het risico zelfs groter dan het gemiddelde.

Als je het risico op een plotse hartdood zo klein mogelijk wilt houden, kun je het beste wel alcohol nemen, maar niet te veel. De ideale hoeveelheid is wekelijks vier of vijf dagen één glas en dan twee of drie dagen niets. Daardoor daalt het risico op een plotse hartdood sterker dan wanneer je helemaal geen alcohol neemt.

Hartritmestoornissen

Een forse inname van alcohol in korte tijd, het zogenoemde binge drinking, kan een hartritmestoornis zoals boezemfibrilleren tot gevolg hebben. Alcohol speelt vaak een rol als iemand plotseling met boezemfibrilleren in het ziekenhuis belandt.

Het is niet helemaal duidelijk hoe de alcohol het hartritme verstoort. Wel is aangetoond bij elektrofysiologisch onderzoek dat alcohol de gevoeligheid voor boezemfibrilleren vergroot, ook bij mensen die nooit last van hartritmestoornissen hebben gehad. Waarschijnlijk heeft alcohol ook hier een schadelijk effect op de spiercellen in het hart.